Anguilla (eiland)

Anguilla
Kaart
Basisgegevens
Officiële landstaal Engels
Hoofdstad The Valley
Regeringsvorm Overzees gebiedsdeel Verenigd Koninkrijk
Religie christendom ca. 90%
Oppervlakte 91 km²[1]
Inwoners 13.550 (2011)[2]
18.090 (2020)[3] (198,8/km² (2020))
Overige
Munteenheid Oost-Caribische dollar (XCD)
UTC −4
Web | Code | Tel. .ai | AI, AIA, 660 | 1-264
Voorgaande staten
Saint Christopher, Nevis en Anguilla Saint Christopher, Nevis en Anguilla 1980
Detailkaart
Kaart van Anguilla
Portaal  Portaalpictogram  Landen & Volken
Het strand van Maunday's Bay

Anguilla is een eiland in de Caribische Zee dat behoort tot de Kleine Antillen en deel uitmaakt van de Britse overzeese gebieden.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Anguilla is waarschijnlijk sinds 1300 voor Christus bewoond door de Cariben. De oudste restanten van een nederzetting daarvan stammen uit 600. De grot van Fountain Cavern bevat petrogliefen. Scherven van aardewerk in de grot zijn gedateerd tussen 400 en 1200 n.Chr.[4] Ook in Big Spring bij Island Harbour zijn petrogliefen aangetroffen in een voormalige grot, en zijn gedateerd tussen 600 en 1200 n.Chr.[5] Het eiland is volgens sommigen ontdekt door Christoffel Columbus in 1493, zeker is dat de Fransman Pierre Laudonnaire in 1565 het eiland aandeed.

De eerste koloniale macht die aanspraak maakte op het eiland, was de Nederlandse West-Indische Compagnie in 1631. Zij begonnen er in dat jaar met het bouwen van een klein fort. De Spanjaarden veroverden in 1633 het eiland, en verwoestten het fort. De stenen hiervan werden door de Nederlanders gebruikt om een ander fort op het naastgelegen Sint Maarten te repareren. Van het voormalige Nederlandse fort zijn echter geen sporen gevonden, en de locatie ervan is onbekend.

In 1650 werd het eiland gekoloniseerd door Britse kolonisten, afkomstig van Saint Kitts. Zij begonnen met het verbouwen van maïs en tabak. In 1656 werden zij echter verdreven door de Cariben en in 1666 bezette Frankrijk het eiland. Een jaar later werd het eiland weer Brits bij de Vrede van Breda. Er bleven echter onenigheden tussen de Britten en Fransen, zoals blijkt uit het feit dat vanuit Anguilla het Franse deel van Sint Maarten tussen 1744 en 1748 werd bezet.

De Britten wilden op het eiland een aantal plantages oprichten, en daarvoor werd een aantal slaven aangevoerd uit Afrika. Door het ongunstige klimaat en de arme bodem werd dit geen succes. Na de afschaffing van de slavernij in 1834 gingen de meeste plantage-eigenaren daarom terug naar Europa, en lieten de voormalige slaven aan hun lot over. De populatie daalde hierna van 10.000 naar 2.000 inwoners. Aanvankelijk maakte de kolonie deel uit van Antigua, maar later werd ze onder het bestuur van Saint Kitts geplaatst in de kolonie Saint Christopher, Nevis en Anguilla.

Deze confederatie kreeg op 27 februari 1967 zelfbestuur. De inwoners van Anguilla voelden zich echter achtergesteld ten opzichte van de andere eilanden en zagen dit zelfbestuur als een mogelijkheid tot afscheiding. Zo waren er in 1967 geen verharde wegen, was er geen elektriciteit, geen telefoon, geen waterleiding en geen havenfaciliteiten.

Op 30 mei 1967 werden de politieagenten teruggestuurd naar Saint Kitts. Op 11 juli 1967 werd een referendum gehouden voor onafhankelijkheid. De separatisten wonnen met een overweldigende meerderheid: 1813 stemmen voor en slechts 5 stemmen tegen. De Britten weigerden. Er werd wel een interim-regering opgezet, waarbij Anguilla gedurende een jaar gedeeltelijk zelfbestuur kreeg. In dat jaar probeerden Anguilla en de regering van de confederatie een compromis te sluiten. Dit mislukte en nadat een tweede referendum was gehouden in 1969 (uitslag: 4 voor en 1739 tegen terugkeer naar de confederatie) werd de onafhankelijke republiek Anguilla uitgeroepen. Nadat 400 Britse parachutisten op 19 maart 1969 de orde herstelden (het enige verzet bestond uit spugen en schelden) werd Anguilla de facto een aparte kolonie. De parachutisten werden snel gevolgd door technici van het leger die de achterstanden op infrastructureel gebied wegwerkten.

Uiteindelijk werd Anguilla op 19 december 1980 dan toch officieel afgescheiden van Saint Christopher en Nevis, en werd het een aparte kolonie van het Verenigd Koninkrijk.

Politiek[bewerken | brontekst bewerken]

Sinds 1980 heeft Anguilla een eigen bestuur. Het staatshoofd is de Britse koning Charles III, die wordt vertegenwoordigd door een gouverneur. De regering bestaat momenteel uit de partij: Anguilla Progressive Movement. Het hoofd van deze regering is de Chief Minister.

  • Gouverneur: Ms Dileeni Daniel Selvaratnam (2020)
  • Premier: Dr Lorenzo Webster (2020)

Geografie[bewerken | brontekst bewerken]

Anguilla is gelegen ten oosten van Puerto Rico en de Maagdeneilanden, ten noorden van Sint Maarten en maakt deel uit van de Kleine Antillen. Het eiland is vlak en er is weinig vegetatie te vinden aangezien de bodem vrij arm is.

Anguilla is onderdeel van de Anguillabank, een vulkaanboog waarvan Saint-Barthélemy, Sint Maarten, en Anguilla de zichtbare hoofdeilanden vormen. De vulkanen waren 39 tot 43 miljoen jaar geleden actief, en het eiland is het resultaat van vulkaanuitbarstingen. Het bestaat voornamelijk uit kalksteen, klastisch gesteente en zand. De bank vormde oorspronkelijk één eiland, maar een gedeelte is onder water komen te staan, en drie hoofdeilanden met vele kleine eilandjes en rotspunten zijn overgebleven.[6][7]

Districten[bewerken | brontekst bewerken]

Anguilla is onderverdeeld in 14 districten:[8]

District Inwoners (2011)
Blowing Point 870
East End 671
George Hill 879
Island Harbour 988
North Hill 464
North Side 1.980
Sandy Ground 230
Sandy Hill 636
South Hill 1.722
Stoney Ground 1.549
The Farrington 624
The Quarter 959
The Valley 1.067
West End 813

Eilanden[bewerken | brontekst bewerken]

Rond het eiland liggen een aantal onbewoonde eilanden, waarvan de meeste klein zijn. De volgende zijn het bekendst:

Flora en Fauna[bewerken | brontekst bewerken]

Anguilla is vanwege het droge platte landschap vooral de groeiplek van soorten succulenten, cactus, mangrove en bromelia. De manzanillaboom is kenmerkend voor de vegetatie. Er leven ongeveer 145 soorten vogels zoals het suikerdiefje, de bruine pelikaan en de fregatvogel. Acht soorten vleermuizen zoals de jamaicavruchtenvampier leven op het eiland. Anolissen, karetschildpad en groene leguanen zijn reptielen van Anguilla, waarvan de Anolis gingivinus een endemische soort is.

In 2022 had Anguilla 7 beschermde natuurgebieden.[9] Het is de bedoeling dat eilanden Dog Island, Prickly Pear Cays, Sandy Island, de koraalriffen rond Island Harbour en Shoal Bay en het zeegrasgebied Little Bay samen worden gevoegd tot één nationaal marine park. Sombrero en Junks Hole blijven gescheiden, omdat die gebieden zowel een culturele als ook een ecologische waarde hebben.[10] Het zoutmeer East End Pond dat periodiek droog valt is ook een beschermd natuurgebied.[11][12]

Musea[bewerken | brontekst bewerken]

In East End bevindt zich het Heritage Museum Collection Anguilla en biedt een overzicht van de geschiedenis van het eiland.[13] Het Wallblake House in The Valley is een voormalige plantagehuis uit 1787 dat is ingericht als erfgoedmuseum.[14][15] Voor de kust van Anguilla ligt El Buen Consejo, een wrak van een Spaans galjoen uit 1760, dat onder water te bezichtigen is.[16]

Stranden[bewerken | brontekst bewerken]

Anguilla beschikt over 33 stranden die allemaal vrij toegankelijk zijn.[17][18] De bekendste stranden zijn:

Bevolking[bewerken | brontekst bewerken]

Volgens de volkstelling van 2011 wonen er 13.572 mensen op het eiland Anguilla, waarvan 6.707 mannen en 6.865 vrouwen.

Jaar 1960 2001 2011
Inwoners 5.810 11.430 13.572

De meerderheid van de bevolking stamt af van slaven uit Afrika (85%). Voor de rest wonen er Hispanics (5%), mensen van gemengde afkomst (4%), blanken/Europeanen (3%), Indiërs (1%), Chinezen (0,5%) en indianen (0,3%).[19]

Religie[bewerken | brontekst bewerken]

De meeste inwoners zijn christelijk (92%) behorend tot allerlei christelijke denominaties, waarvan de Anglicaanse Kerk (23%), het methodisme (19%), de Pinkstergemeente (11%), de zevendedagsadventisten (8%), het baptisme (7%) en de Rooms-Katholieke Kerk (7%) het omvangrijkst zijn. Naast het christendom treft men ook andere godsdiensten aan op Anguilla, zoals het hindoeïsme, rastafari, jodendom en de islam.

Economie[bewerken | brontekst bewerken]

Exports in 2019

De droge en onvruchtbare bodem maken Anguilla ongeschikt voor landbouw. Visserij is een belangrijk onderdeel van de economie, maar het meeste voedsel wordt geimporteerd. Toerisme en offshorebankieren vormen de basis van de economie, en het land staat bekend als een belastingparadijs.[20][21] Anguilla heeft een fors handelstekort. Het merendeel van de exports bestaat uit producten van de farmaceutische industrie. De grootste handelspartner is Chili zowel voor im- en exports.[22] Toerisme is belangrijk, maar cruiseschepen zijn niet welkom op Anguilla, en alle stranden zijn openbaar.[23][18]

Transport[bewerken | brontekst bewerken]

Anguilla wordt bediend door de Clayton J. Lloyd International Airport in The Valley, maar het is een luchthaven van gemiddelde grootte.[24] In 2021 werd het vliegveld uitgebreid om Trans-Atlantische vluchten te kunnen afhandelen.[25] Er vertrekken veerboten van Blowing Point naar Marigot en Philipsburg op Sint Maarten,[26] en de meeste toeristen maken gebruik van de veerboot.[27] Er is op het eiland geen openbaar vervoer,[20] en het verkeer rijdt links.

Galerij[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie Anguilla van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.