Lijst van gebeurtenissen tijdens de Tweede Wereldoorlog: 1943

Generaal nVeldmaarschalk Friedrich Paulus geeft zich over te Stalingrad

Dit is een lijst van gebeurtenissen tijdens de Tweede Wereldoorlog tijdens het jaar 1943.

Opmerking: Bij het opzoeken van gebeurtenissen naar datum gebeurt het soms dat verschillende officiële bronnen elkaar qua datum tegenspreken. Vrijwel altijd zijn deze verschillen zeer klein, meestal één dag verschil. De oorzaak hiervan is te vinden in het feit dat bepaalde militaire acties tijdens de nacht starten en nog doorlopen in de vroege uren van de volgende dag. Ook gebeurt het dat een auteur de situatie beschrijft wanneer de actie volledig afgelopen is, met andere woorden de dag na de overgave, de dag na de vredesonderhandeling, enz. Ook zij opgemerkt dat het einde van een militair offensief of campagne niet steeds eenduidig te bepalen is. De bepaling van de datum is afhankelijk van de referentie die door de auteur werd gebruikt. Er is getracht in deze lijst zo veel mogelijk de exacte referentie van de datum aan te duiden via een omschrijving van wat er gebeurd is of bedoeld werd.

Januari[bewerken | brontekst bewerken]

1 januari

  • Het Rode Leger lanceert een offensief naar de kust van de Zwarte Zee.
  • Onder zware Russische druk beginnen de Duitsers aan de terugtocht in de Kaukasus, een dag eerder dan gepland. Ze trekken zich al vechtend terug richting Pjatigorsk.
  • De Japanners besluiten Guadalcanal geleidelijk te ontruimen.

2 januari

  • De Australiërs en Amerikanen veroveren Buna (Nieuw Guinea).

3 januari

  • De Sovjets boeken grote terreinwinst in de Kaukasus.

4 januari

5 januari

9 januari

  • De in Stalingrad gelegerde Duitse divisies volgen het bevel van Hitler op en weigeren te capituleren.

10 januari

  • De Russen vallen vanuit diverse richtingen aan om het Duitse gebied rond Stalingrad te verkleinen.
  • Bij een geallieerd bombardement op het Hoogovens-complex in Velsen vallen tien doden.

12 januari

  • Fezzan wordt door de Fransen veroverd.
  • De Russen weten een corridor naar Leningrad te openen.

13 januari

14 januari

15 januari

16 januari

  • Zware bombardementen op Berlijn.
  • De laatste Duitse troepen in Velikieje Loeki geven zich over.
  • Irak verklaart de Asmogendheden de oorlog.

17 januari

  • Zware bombardementen op Berlijn.

18 januari

  • De Duitsers in Tunesië gaan in de tegenaanval.
  • De deportaties van Joden van het ghetto van Warschau naar vernietigingskamp Treblinka worden hervat.

19 januari

20 januari

21 januari

22 januari

23 januari

  • De Britten maken zich meester van Tripoli.
  • Zeventien Nederlanders ter dood veroordeeld wegens het verspreiden van illegale lectuur.
  • De Russen heroveren Armavir.

24 januari

26 januari

  • Ook de Fransen bereiken Tripoli. Aldaar voegen ze zich bij het Britse achtste leger.
  • Het Russische offensief tegen het Duitse leger in Stalingrad maakt contact met de verdedigers langs de Wolga, waarmee de resterende Duitse troepen in de stad dus in twee delen zijn gesplitst.
  • De Russen nemen Voronezj in.

27 januari

  • Eerste Amerikaanse luchtaanval op Duitsland. Wilhelmshaven wordt gebombardeerd.

28 januari

  • Duitse troepen ontruimen de Kaukasus.
  • Mobilisatie van alle Duitse mannen van 16 tot 65 jaar.

29 januari

  • Het achtste leger bereikt de Tunesische grens.
  • De Russen nemen Kropotkin in.

30 januari

  • Op de herdenkingsdag van Hitlers machtsovername bombardeert de RAF Berlijn. Himmler en Göring moeten tijdens het gebeuren hun redevoeringen onderbreken en een schuilkelder in vluchten.
  • De Russen nemen Tichoretsk in.
  • In Tunesië vallen de Duitsers de Fransen aan bij de strategisch belangrijke Faid-pas.

31 januari

  • Hitler bevordert Friedrich Paulus tot generaal-veldmaarschalk, omdat een generaal-veldmaarschalk zich nog nooit in de Duitse geschiedenis had overgegeven.
  • Paulus geeft zich kort na zijn bevordering over aan het Rode Leger.
  • Admiraal Karl Dönitz wordt bevorderd tot opperbevelhebber van de Duitse vloot.
  • Adolf Hitler geeft na lang aandringen toestemming tot terugtrekking van de troepen uit Demjansk en Rzjev, twee kwetsbare en kostbare vooruitgeschoven posities.
  • Een kleine Amerikaanse tankeenheid die is gestuurd om de Fransen bij de Faid-pas te ondersteunen wordt vernietigd. De pas valt in Duitse handen.
  • De Amerikanen in Tunesië voeren een aanval uit op Maknassy. Hevige Duitse tegenstand belet hen de plaats in handen te krijgen.

Februari[bewerken | brontekst bewerken]

1 februari

2 februari

  • Het zuidelijke deel van het ingesloten 6e Duitse Leger, bij Stalingrad, capituleert, daarmee is de slag om Stalingrad ten einde.
  • Tripoli, tien dagen eerder door de Duitsers verlaten, wordt voor het eerst als aanvoerhaven voor de geallieerde troepen gebruikt.

3 februari

4 februari

  • De Russische Zwarte-Zeevloot maakt landingen nabij Novorossiejsk om de herovering van die stad te ondersteunen.

5 februari

6 februari

  • Generaal Seyffardt overlijdt aan zijn verwondingen.
  • Als vergelding voor de moord op Seyffardt, die zijn moordenaar identificeert als 'een student', worden 600 Nederlandse studenten als gijzelaars gevangen gezet in concentratiekamp Vught.
  • De Duitsers geven Lysytsjansk op.
  • De oprukkende Russen steken de Donets over bij Izjoem en bereiken Barvinkove.
  • De Russen nemen Batajsk in.
  • De Sovjets veroveren Jejsk.

7 februari

  • Het Nederlandse verzet vermoordt Hermannus Reydon, de minister voor propaganda in het kabinet-Mussert, en zijn vrouw.
  • De Russen veroveren Kramatorsk.
  • De Sovjets nemen Azov in.
  • Slowakije kondigt deportatie aan van de laatste 25000 Joden in het land.

8 februari

9 februari

10 februari

12 februari

14 februari

16 februari

  • Het Rode Leger herovert Charkov.
  • Instelling van de verplichte arbeidsdienst in Duitsland door Vichy-Frankrijk.
  • Griekse guerrillastrijders doden 9 Italiaanse soldaten en een generaal nabij de Olympus. Als vergelding vermoorden de Italianen alle burgers die ze kunnen vinden in het nabijgelegen dorp Domeniko, naar schatting 160 personen.

17 februari

  • Het Afrikakorps neemt Fériana in. Tunesië is weer vrijwel geheel in Italiaanse en Duitse handen.

18 februari

  • Het Russische Zuidelijke Front, nabij Rostov, beëindigt zijn opmars en gaat over tot de verdediging.
  • In Burma breken de Britten de spoorlijn tussen Mandalay en Myitkyina, waarmee deze onbruikbaar wordt voor de Japanners.
  • In Shanghai vormen de Japanse bezetters een Joods getto. Alle Joden worden gedwongen hierheen te verhuizen, en hebben een speciale permissie nodig om het te verlaten.

19 februari

20 februari

  • Duitsers boeken vorderingen in Tunesië.

21 februari

  • Herderlijke brief van de Nederlandse bisschoppen, die de Jodenvervolgingen en de deportatie van arbeiders naar Duitsland veroordeelt.
  • De Duitsers nemen de Kasserine-pas in. De Amerikanen geven bereiden zich voor op overgave van Tébessa.
  • De Amerikanen nemen de eilanden Mbanika en Pavuvu op de Salomonseilanden in.

22 februari

25 februari

27 februari

28 februari

  • De geallieerden voeren een grootschalig bombardement uit op Saint-Nazaire. Doel van de raid is de haven, die een belangrijke uitvalsbasis van onderzeeboten vormt, maar ook de rest van de stad wordt ernstig getroffen.

februari

Maart[bewerken | brontekst bewerken]

1 maart

  • Zware geallieerde luchtaanval op Berlijn.
  • De Duitsers beginnen de terugtrekking uit het gebied rond Rzjev.
  • Bloedbad van Koriukivka: In vergelding voor een actie van Partizanen de vorige maand wordt de volledige bevolking van het dorp Koriukivka in de Oekraïne (circa 6700 personen) uitgemoord.
  • De Wit-Russische Centrale Raad, een collaboratie-organisatie van Wit-Russische nationalisten, wordt officieel gevormd.

2 maart

  • Amerikaanse vliegtuigen vallen een Japans troepenkonvooi aan in de Bismarckzee, onderweg naar Nieuw-Guinea. Begin van de Slag in de Bismarckzee.
  • De Joegoslavische partizanen vernietigen alle bruggen over de Neretva. Dit lijkt aanvankelijk een actie om te voorkomen dat de Četniks vanuit het zuiden zich aansluiten bij de strijd tussen de Partizanen en de Duitsers en Italianen in het noorden. In werkelijkheid wordt op een goed verdedigbare plaats een tijdelijke brug gebouwd, zodat de Partizanen zelf naar het zuiden kunnen ontsnappen.

3 maart

  • De Italiaanse troepen worden van het oostfront teruggeroepen.
  • De Russen bevrijden Rzjev.

4 maart

5 maart

  • De geallieerden beginnen een bombardementsoffensief op het Ruhrgebied met een grootschalig bombardement op Essen. Het bombardement eist 400 tot 500 slachtoffers.

6 maart

7 maart

9 maart

  • Duitse tegenaanval en het Rode Leger moet zich terugtrekken naar de Donets.
  • Erwin Rommel verlaat Noord-Afrika.
  • Operatie Creek gaat van start, en wordt die zelfde nacht succesvol afgerond.

10 maart

11 maart

12 maart

  • Griekse verzetsstrijders bevrijden Karditsa.

13 maart

  • Publicatie van de loyaliteitsverklaring, welke van de Nederlandse studenten geëist gaat worden.
  • De liquidatie van het Getto van Krakau begint. Duizenden Joden worden vermoord of op transport naar Auschwitz gestuurd. Oskar Schindler, eigenaar van een fabriek waar de inwoners van het getto dwangarbeid verrichten, zorgt dat zijn medewerkers als 'noodzakelijke arbeidskrachten' van transport worden vrijgesteld, en zal zich in het vervolg voor redding van Joden inzetten.
  • Een groep legerofficieren onder Henning von Tresckow pleegt een aanslag op Adolf Hitler. Ze plaatsen een tijdbom op Hitlers vliegtuig, maar deze gaat niet af.

15 maart

  • Pavel Rybalko geeft de Russische troepen in Charkov de opdracht uit te breken en de stad op te geven. De Duitsers nemen de stad in.

16 maart

  • Een groot aantal bedrijven in Nederland wordt door de Duitsers gesloten.
  • De Amerikanen onder George Patton vallen aan in Tunesië, voornamelijk om de aankomende aanval van Bernard Montgomery te ondersteunen.

17 maart

  • Het parlement van Bulgarije weigert de eigen Joden te laten deporteren naar de nazi-vernietigingskampen.

18 maart

20 maart

21 maart

24 maart

  • Artsenstaking in Nederland.

25 maart

  • Griekse verzetsstrijders nemen Grevena in.

27 maart

31 maart

  • Rotterdam weer hevig gebombardeerd door de Amerikanen. Er vallen 401 doden.

April[bewerken | brontekst bewerken]

1 april

  • Arrestatie van vooraanstaande Nederlandse politici (Nationaal Comité van Verzet) als gevolg van verraad van Anton van der Waals.
  • De geallieerden zetten hun opmars in Tunesië voort.

2 april

  • De Russische aanvallen rond Leningrad worden beëindigd.

4 april

5 april

6 april

  • De geallieerden gaan opnieuw in de aanval in Tunesië. De Italianen trekken zich ver noordwaarts terug.
  • Een tweede Russische aanval bij Krymskaya faalt, en verdere aanvallen worden uitgesteld voor hergroepering.

7 april

10 april

  • De geallieerden bevrijden Sfax.

11 april

12 april

  • Sousse valt in geallieerde handen.

13 april

  • De Duitsers maken de ontdekking bekend van massagraven met daarin ongeveer 3 000 lijken met Poolse identiteitspapieren in het Russische Katyn. Zie Bloedbad van Katyn.

15 april

  • Bij een RAF-bombardement op Stuttgart komen 619 personen om, waaronder 400 Franse en Russische krijgsgevangenen.

16 april

  • De Sovjets trekken over de Koeban.
  • De geallieerden nemen Kairouan in.
  • Zware bombardementen door de Luftwaffe voorkomen dat de Russen Krymskaya innemen, en dwingen ze in plaats daarvan opnieuw terug trekken.
  • De Japanners verzamelen troepen voor een offensief in Hubei.

17 april

  • De Poolse regering in ballingschap verzoekt om een onafhankelijk onderzoek naar het bloedbad van Katyn door het Rode Kruis. De Sovjet-Unie weigert, en verbreekt de banden met de regering in ballingschap.
  • Bij een grootschalig bombardement op een Skoda wapenfabriek in Plzen wordt de fabriek gemist, maar een groot aantal burgerslachtoffers komen om.

18 april

  • De Japanse admiraal Isoroku Yamamoto sneuvelt als zijn vliegtuig wordt neergehaald door Amerikaanse vliegtuigen.
  • Palmzondagbloedbad: Van een groep van 100 Duitse en Italiaanse transportvliegtuigen die vanuit Sicilië met voorraden naar Tunesië vliegen, wordt de helft door de geallieerden neergeschoten. De volgende dagen verliezen de Asmogendheden nog meer vliegtuigen.

19 april

20 april

  • Op de verjaardag van Adolf Hitler bombardeert RAF Berlijn en diverse andere Duitse steden. Een groot deel van het centrum Stettin wordt vernietigd.

21 april

  • Als antwoord op de bombardementen van de vorige dag voeren de Duitsers een bombardement uit op Aberdeen waarbij een groot deel van het stadscentrum vernietigd wordt.

22 april

  • De Japanners waarschuwen de geallieerden dat ze alle luchtmachtpiloten die in hun handen vallen zullen doden.

26 april

27 april

  • Heinrich Himmler geeft opdracht aan de concentratiekampen om iedereen die maar enigszins in staat is te werken niet direct te vermoorden, ook als ze verzwakt of mentaal gehandicapt zijn, maar tot hun dood aan het werk te zetten. Er worden meer dokters naar de kampen gezonden om de gevangenen langer in leven te houden.

29 april

  • Op last van Hitler beveelt generaal Friedrich Christiansen het opnieuw in krijgsgevangenschap wegvoeren van de leden van het voormalige Nederlandse leger, zodat ze kunnen worden ingezet in de Arbeitseinsatz. Gevolg zijn stakingen in heel Nederland; arbeiders en industriëlen weigeren te werken. Ongeveer tweehonderd executies.
  • In Algiers bespreken de Britse en Amerikaanse militaire leiders de aanstaande landing op Sicilië.

30 april

  • Operatie Mincemeat: Aan de kust van Spanje spoelt een lijk aan met bewust misleidende informatie over de aankomende geallieerde invasie, die de Duitsers moet overtuigen dat deze op Griekenland en Sardinië, en niet op Sicilië is gericht.
  • De Britten spelen via Enigma onderschepte berichten door aan de Sovjet-Unie die aangeven dat de Duitsers van plan zijn een aanval vanuit drie richtingen uit te voeren in de omgeving van Koersk.

Mei[bewerken | brontekst bewerken]

1 mei

  • Politiestandrecht in Nederland afgekondigd, eerst in enkele provincies, daarna landelijk. Iedereen moet om 20u00 binnen zijn.
  • De Russen beginnen een nieuwe aanval bij Krymsk.

3 mei

  • Een Duits offensief bij de Koeban loopt op een mislukking uit.
  • Hard optreden van de nazi-autoriteiten, inclusief standrechtelijke executies, beëindigt de massale stakingen in Nederland.
  • De Amerikanen nemen Mateur in.
  • De Duitse aanval rond Koersk wordt uitgesteld tot 11 juni.

4 mei

  • De Duitsers geven Krymsk op aan de Russen, om te voorkomen in de stad omsingeld te raken.

5 mei

  • Nederlandse studenten moeten zich melden. Ongeveer 3 000 studenten worden naar Duitsland gedeporteerd.
  • De Japanners vallen aan in China, hopende de Jangtsekiang tussen Wuhan en Yichang onder controle te krijgen, zodat de rivier als aanvoerroute naar Yichang dienst kan doen.

6 mei

  • Nederlandse mannen tussen de 18 en 35 jaar moeten zich melden bij de arbeidsbureaus.
  • Geallieerde aanvallen op Tunis en Bizerte beginnen.

7 mei

  • Bevrijding van Tunis en Bizerte. Het schiereiland van Kaap Bon is het enige gebied in Noord-Afrika dat nog in handen van de Asmogendheden is.
  • De Japanners nemen Anxian in.
  • Buthidaung (Birma) valt in Japanse handen.

9 mei

  • De Amerikanen snijden de laatste weg tussen Tunis en Bizerte af, hun laatste militaire actie in Tunesië.

11 mei

  • Amerikaanse landingstroepen landen op Attu.

12 mei

13 mei

14 mei

15 mei

16 mei

17 mei

  • Amerikaanse landing op Attu bij de Aleoeten.
  • Joseph Goebbels verklaart Berlijn Judenfrei, hoewel nog 3000 Joden met Duitse echtgenoten of op hun werk onvervangbaar zijn in de stad zijn overgebleven.
  • De Britten en Amerikanen komen overeen alle informatie over codes en codeberichten van de Asmogendheden volledig met elkaar te delen. Vanaf deze datum werken Britse en Amerikaanse cryptografen nauw samen.

20 mei

  • Ook de Joden in Amsterdam moeten zich melden voor deportatie naar Westerbork.
  • Zes Nederlanders worden gefusilleerd wegens sabotage.

21 mei

23 mei

  • Zwaar geallieerd bombardement op Dortmund.

24 mei

26 mei

27 mei

29 mei

  • Bij een geallieerd bombardement op Wuppertal komen 3400 mensen om, gedeeltelijk door veroorzaakte branden.

30 mei

Juni[bewerken | brontekst bewerken]

3 juni

4 juni

  • Op de luchtlijn Lissabon-Londen wordt een KLM-vliegtuig neergeschoten. De bemanning en passagiers komen allen om het leven. De Duitsers dachten dat Winston Churchill zich in het toestel bevond.
  • Stalin hoort dat de geallieerde invasie in Frankrijk over Het Kanaal niet in september-oktober 1943 maar pas in mei 1944 zal plaatsvinden.

10 juni

  • De Indiase nationalist Subhas Bose ontmoet de Japanse premier Hideki Tojo. Hij stelt voor een Indisch nationaal leger in ballingschap te formeren, dat met aanvallen op de Britten in India mogelijk een opstand in Brits India kan bewerkstelligen. Enkele dagen later stemt Tojo in met dit plan.

11 juni

  • De geallieerden nemen de eilanden Pantelleria in.
  • De Chinezen hebben al het in de afgelopen ruim 1 maand verloren gebied in Hubei en Hunan terugveroverd.
  • Grootschalig bombardement op Düsseldorf. Bijna 1300 personen komen om, en 140.000 raken dakloos.

12 juni

  • Lampedusa wordt door de geallieerden ingenomen.

18 juni

20 juni

21 juni

  • Bij een grootschalig bombardement op Krefeld wordt bijna de helft van de gebouwen van de stad vernield.
  • Bombardement op Napels.
  • In de Loire onderscheppen de Duitsers een groep Canadese geheim agenten, en verkrijgen daarmee informatie die hen in staat stelt het Franse verzet grotendeels op te rollen.

22 juni

23 juni

24 juni

25 juni

26 juni

  • Arrestatie van honderden Nederlandse artsen.
  • Generaal-Kommisar Fritz Schmidt gedood bij een val uit een Franse trein.

28 juni

  • Keulen wordt gebombardeerd door ruim 600 vliegtuigen in het meest verwoestende en dodelijkste bombardement in de oorlog tot nog toe. Meer dan 4300 mensen komen om, 10.000 raken gewond en 230.000 worden dakloos.

29 juni

  • Amerikaanse landing op het Australische deel van Nieuw-Guinea.

30 juni

31 juni

zonder datum

  • De hongersnood in Bengalen bereikt rampzalige proporties. De Britse reactie maakt de situatie enkel erger: Om Calcutta te kunnen voeden, wordt voedsel geconfisqueerd in het platteland, hoewel de situatie daar feitelijk erger is.

Juli[bewerken | brontekst bewerken]

Europa 1 juli 1943
Zuidoost-Azië 1 juli 1943

4 juli

4-5 juli

  • Britse speciale troepen en Griekse verzetsstrijders saboterene diverse vliegvelden op Kreta.

5 juli

  • Operatie Citadel, het Duitse zomeroffensief bij Koersk, gaat van start. Begin van de Slag om Koersk. De eerste dag boeken de Duitsers grote vooruitgang, vooral in het zuiden.
  • De Griekse verzetsbewegingen verenigen zich.

6 juli

  • Op de tweede dag van Operatie Citadel vertraagt de Duitse opmars nu ze bij de belangrijkste Russische verdedigingswerken komen.

8 juli

9 juli

  • De Duitse opmars aan de noordkant van de Slag om Koersk komt tot stilstand. De Duitsers slagen er niet in Olkhovatka in te nemen.

10 juli

11 juli

12 juli

13 juli

  • De Franse Antillen stellen zich achter het Comité français de Libération Nationale.
  • De Britten nemen Augusta in.
  • Begin van Operatie Hermann in het Nalibokiwoud (westelijk Wit-Rusland). 60 dorpen worden verwoest, en de bevolking gedeporteerd of vermoord.

14 juli

  • Niscemi en Vizzini vallen in geallieerde handen.
  • Bloedbad van Biscari: Amerikaanse troepen doden ruim 70 ongewapende Italiaanse krijgsgevangenen na inname van een klein vliegveld nabij de Siciliaanse plaats Biscari.

16 juli

  • Johannes Post en Celina Kuijper worden op 16 juli 1943 gearresteerd in pension 'De Roo' in Ugchelen door de SD'ers Lamberts en Doppenberg. Johannes Post wordt later bevrijd maar overleeft de oorlog niet. Celina Kuijper is niet meer vrij gekomen.
  • De geallieerden nemen Caltagirone in.
  • Begin van de vierde Russische poging de Koeban-regio te bevrijden. Een serie van dagelijkse aanvallen levert verwaarloosbare terreinwinst op.

17 juli

  • Amerikaanse luchtaanval op de Fokkerfabriek. Door misworp komen de bommen echter in Amsterdam-Noord in de omgeving van de Bloemenbuurt terecht waar een enorme verwoesting wordt aangericht. Het dodental ligt op 185 en er worden 120 gewonden geteld.
  • De Russen starten een nieuwe aanval in de Oekraïne.

19 juli

  • Geallieerde luchtaanval op Rome.

20 juli

23 juli

  • De Amerikanen veroveren Palermo.
  • Het Duitse zomeroffensief is vastgelopen.

24 juli

25 juli

27 juli

28 juli

  • De Duitsers besluiten tot het evacueren van Orel, dat vanuit diverse richtingen door de Sovjets wordt aangevallen.

29 juli

31 juli

  • Henri Giraud benoemd tot opperbevelhebber van de Franse strijdkrachten.
  • De kerk in Staden (West-Vlaanderen) wordt via een luchtaanval getroffen door vijf fosforbrandbommen, ook enkele huizen branden af.

Augustus[bewerken | brontekst bewerken]

Europa 1 augustus 1943
Zuidoost-Azië 1 augustus 1943

1 augustus

  • De Amerikaanse luchtmacht bombardeert de Roemeense olievelden bij Ploiești. Slechts de helft van de vliegtuigen keert terug naar Libië, de andere helft is neergeschoten, gedwongen te landen op gebied van de Asmogendheden of in Turkije of vermist. De toegebrachte schade aan de olievelden is slechts zeer tijdelijk.

2 augustus

  • De gevangenen in Treblinka komen in opstand. Ongeveer de helft wordt gedood, maar 400 weten te ontsnappen, 100 waarvan uit handen van de nazi's weten te blijven. Minstens 12 bewakers worden gedood en in het kamp worden grote vernielingen aangericht.

4 augustus

5 augustus

  • De geallieerden nemen Catania in.
  • Zweden ontzegt Duitsland het gebruik van de Zweedse spoorwegen voor het vervoer van militairen of oorlogsmaterieel.

6 augustus

  • De Sovjets heroveren Zolochiv en lanceren een nieuw offensief gericht op Charkov.
  • De Amerikanen veroveren Troina.

7 augustus

  • De Russen trekken Borisovka binnen.
  • Een nieuw Russisch offensief begint, gericht op Smolensk.
  • De Britten nemen Adrano in.

8 augustus

  • De geallieerden veroveren Cesarò en Bronte.
  • De Amerikanen bombarderen de olievelden bij Balikpapan (Borneo).
  • Voor het eerst in de oorlog bombarderen de geallieerden Oostenrijk.

10 augustus

  • George S. Patton bedreigt een soldaat met PTSD met zijn pistool. Dwight Eisenhower dwingt hem excuses te maken voor dit en voor een soortgelijk incident een week eerder, maar dit zal leiden tot zware kritiek wanneer het in de Verenigde Staten bekend wordt.

11 augustus

12 augustus

  • Het Russische offensief in de Koeban wordt beëindigd. Een serie aanvallen heeft niet geleid tot een noemenswaardige doorbraak of terreinwinst, maar wel tot een groot verlies aan Russische manschappen.
  • De SS meldt in een rapport dat de Duitsers alle geloof verloren hebben in de propaganda betreffende de situatie in de oorlog en de Duitse kansen.
  • President Franklin D. Roosevelt belooft dat de Filippijnen hun onafhankelijkheid krijgen onmiddellijk nadat Japan verslagen is.
  • Albanese verzetsstrijders van Balli Kombëtar voeren een geslaagde aanval uit op een Duitse legereenheid nabij Kurtës.
  • Poolse verzetsstrijders overvallen een geldtransport en maken meer dan 100 miljoen złoty buit.

13 augustus

14 augustus

  • Rome wordt tot open stad verklaard.
  • Eerste Amerikaanse luchtaanvallen op Oostenrijk.

17 augustus

  • Begin van de conferentie van Quebec.
  • De geallieerden bezetten Messina.
  • De RAF bombardeert het Duitse onderzoekscentrum voor de V1 en V2 in Peenemünde.
  • De geallieerden bombarderen Japanse vliegtuigen op de grond in Nieuw-Guinea. De Japanse luchtmacht op het eiland wordt vrijwel weggevaagd.
  • Een Amerikaans bombardement op Schweinfurt en Regensburg leidt tot grote verliezen aan geallieerde vliegtuigen.
  • Portugal geeft de geallieerden toestemming bases in te richten op de Azoren.

18 augustus

19 augustus

  • Begin van de onderhandelingen tussen de geallieerden en Italië over een wapenstilstand.
  • De Amerikaanse luchtmacht bombardeert de vliegvelden Gilze-Rijen en Souburg. De aanval mislukt voor een groot deel. In het dorp Hulten bij Gilse-Rijen vallen 26 burgerdoden en in Souburg 12.

22 augustus

23 augustus

24 augustus

25 augustus

27 augustus

  • De Amerikanen landen op Arundel.
  • De Amerikanen bezetten eilanden in de Ellice Eilanden om daar vliegvelden in te richten.
  • De Sovjets heroveren Sevsk.

29 augustus

  • De Sovjets heroveren Ljoebotin.
  • Denemarken komt onder Duits militair bestuur nadat de regering weigert verregaande maatregelen te nemen tegen het anti-Duitse verzet.

30 augustus

  • De Russen boeken grote vooruitgang richting Smolensk en heroveren Jelnja.

31 augustus

  • De Sovjets bevrijden Rylsk.

September[bewerken | brontekst bewerken]

Europa 1 september 1943
Zuidoost Azië 1 september 1943

2 september

3 september

  • Operatie Baytown: Geallieerde landing te Reggio in Calabrië. De landing is een succes, en nog dezelfde dag wordt het gehele kustgebied van Melito tot Bagnara door de geallieerden veroverd. De Duitsers bieden geen weerstand en trekken zich terug naar het noorden, onderwijl bruggen vernietigend om de opmars van de geallieerden te vertragen.
  • De nieuwe Italiaanse regering onder Pietro Badoglio sluit een geheime wapenstilstandsovereenkomst met de geallieerden.
  • Adolf Hitler geeft opdracht aan het 17e leger zich terug te trekken uit de Koeban.

4 september

6 september

  • Russische tanks rukken op tot 50 kilometer voorbij de frontlinie, nabij Pavlohrad, alvorens ze hun opmars moeten staken om te wachten tot de infanterie hun positie heeft bereikt.
  • Grootschalig bombardement op Mannheim en Ludwigshafen.

7 september

  • De Duitsers trekken zich terug uit Stalino.
  • Heinrich Himmler beveelt dat als de Duitsers zich terugtrekken uit delen van de Oekraïne, er een volledige 'verschroeide aarde' tactiek moet plaatsvinden met vernietiging van alle gebouwen en voorraden.

8 september

  • Het gebied tussen de Donetsbekken wordt door de Sovjets veroverd.
  • De BBC meldt de overgave van Italië.
  • De Duitsers beginnen Operatie Achse, gericht op het ontwapenen van het Italiaanse leger en het bezetten van Italië.
  • De Duitsers nemen Rome in. De Italiaanse regering is gedwongen te vluchten.
  • De Russen nemen Stalino in.
  • De Japanners beginnen de terugtrekking uit Salamaua.

9 september

  • Geallieerde landingen bij Salerno en Tarente. Tarente wordt zonder problemen ingenomen.
  • Het Italiaanse slagschip Roma, onderweg om zich over te geven aan de geallieerden, wordt door een Duitse bommenwerper tot zinken gebracht.
  • De Duitsers nemen de Italiaanse posities in Athene in. Alle Italiaanse soldaten worden in krijgsgevangenschap naar Duitsland gevoerd.
  • De Duitsers beginnen hun terugtrekking uit de Koeban.
  • De Italiaanse 9e infanteriedivisie in Thessalië sluit zich aan bij de Griekse Partizanen.

10 september

  • De Italiaanse vloot geeft zich op Malta over aan de geallieerden.
  • De Duitse troepen rond Salerno trekken zich terug naar het noorden, barrieres opwerpend om de geallieerde opmars te vertragen.
  • De Britten bezetten Castelrosso, een eiland van de Dodekanesos.
  • De Soviets bevrijden Mariupol.
  • De Russen landen bij Novorossiejsk.

11 september

  • De Italianen op Rhodos geven zich over aan de Duitsers.
  • Georg Ferdinand Duckwitz, een Duitse diplomaat, meldt de Deense autoriteiten dat er plannen zijn om de Deense Joden naar concentratiekampen te deporteren. Een grote actie begint om alle Deense Joden te doen onderduiken.

12 september

  • Mussolini wordt door een Duits commando, onder leiding van Otto Skorzeny, bevrijd uit zijn gevangenschap.
  • De geallieerden nemen Crotone in.
  • De Duitsers ondernemen tegenaanvallen rond Salerno.
  • De Australiërs nemen Salamaua in.

13 september

  • Chiang Kai-shek wordt gekozen tot president van de Chinese Republiek.
  • Het Italiaanse leger op Kefalonia gaat de strijd aan met de Duitsers.
  • In reactie op verzetsacties, omsingelt de Wehrmacht Viannos (op Kreta), en maakt bekend dat iedereen die zich buitenshuis bevindt gedood zal worden.

14 september

  • Met hulp van de Duitsers wordt in Albanië een nieuwe regering gevormd die de onafhankelijkheid (van Italië) uitroept.
  • De Duitsers verwoesten en brandschatten 19 dorpen in Viannos. In weerwil van hun uitspraak de vorige dag dat wie in huis blijft, gespaard zal worden, worden alle mannen van 16 jaar en ouder vermoord. De overlevenden krijgen bevel het gebied te verlaten.

16 september

  • Britse en Amerikaanse troepen maken in Italië contact met elkaar.
  • Zwaar geallieerd bombardement op Napels.
  • Albert Kesselring geeft de Duitsers rond Salerno opdracht zich terug te trekken. Einde van de Slag bij Salerno.
  • De Britten landen op diverse door de Italianen bezette eilanden in de Egeïsche Zee.
  • Het eerste transport van Italiaanse Joden vertrekt met bestemming Auschwitz.
  • De Russen bevrijden Novorossiejsk nadat de Duitsers de stad hebben verlaten.
  • Jartsevo wordt door de Russen heroverd.
  • De Australiërs veroveren Lae.

17 september

18 september

19 september

20 september

21 september

22 september

  • De Italianen op Kefalonia geven zich over aan de Duitsers na ruim een week van vechten en met een gebrek aan munitie. Een groot aantal van hen, hoewel formeel krijgsgevangenen, wordt geëxecuteerd.
  • De Australiërs landen ten noorden van Finschhafen.
  • De Russen steken de Dnjepr over in de Oekraïne.

23 september

24 september

25 september

  • Smolensk en Roslavl worden door het Rode Leger bevrijd.
  • Herbert Kappler, hoofd van de SS en SD in Rome eist van de Joodse gemeenschap in de stad 50 kilogram goud en 100 miljoen lire binnen 36 uur. Gebeurt dit niet, dan zal de Joodse bevolking van de stad gedeporteerd worden naar concentratiekampen. Puas Pius XII biedt aan het geld renteloos te lenen, maar donaties van zowel Joodse als niet-Joodse Romeinen blijken reeds voldoende om het bedrag te voldoen.

26 september

  • Nadat slechts een klein deel van de opgeroepen mannen in Napels komt om dwangarbeid te verrichten, nemen de Duitsers 8000 inwoners van de stad in gijzeling. Dit leidt tot een volksopstand die bloedig wordt neergeslagen, en grote delen van de stad worden door de Duitsers verwoest in vergelding.

27 september

  • De geallieerden veroveren Foggia en Melfi.
  • De Duitsers veroveren Corfu op de Italianen.
  • De Duitsers (en Roemenen) geven Temrjoek op.

28 september

  • De Amerikanen nemen Teora in.
  • De Japanners beginnen de evacuatie van Kolmbangara.
  • Luxemburg wordt 'Judenfrei' verklaard nadat het laatste transport is vertrokken.

29 september

30 september

  • De Duitsers trekken weg uit Napels. Ze hebben de stad in de laatste paar dagen in een puinhoop veranderd.

Oktober[bewerken | brontekst bewerken]

Europa 1 oktober
Zuidoost Azië 1 oktober 1943

1 oktober

  • De geallieerden trekken Napels binnen.

2 oktober

  • Zweden maakt bekend dat alle Deense Joden welkom zijn in Zweden en de Zweedse nationaliteit kunnen krijgen.
  • De Australiërs trekken Finschhafen binnen.
  • De Amerikanen bevrijden Benevento.
  • De Britten bevrijden Termoli.
  • De Russen bevrijden Ljoetizj, en vestigen daarmee een nieuw bruggenhoofd ten westen van de Dnjepr, nabij Kiev.

3 oktober

4 oktober

5 oktober

  • Zwaar geallieerd bombardement op Wake.

6 oktober

7 oktober

9 oktober

10 oktober

  • Anglo-Amerikaans bombardement op Enschede. Het dodental ligt op 151.

13 oktober

  • De Italiaanse regering verklaart Duitsland de oorlog.

14 oktober

  • Gevangenen in concentratiekamp Sobibor komen in opstand. De meeste bewakers worden vermoord. 200 gevangenen weten te ontsnappen, maar 100 van hen worden alsnog gevonden en vermoord, en de helft van de rest komt om om diverse redenen voor het einde van de oorlog.

15 oktober

  • Proclamatie van de onafhankelijkheid van de Filipijnen in Manilla. Het land sluit zich aan bij Japan.

16 oktober

  • Grote razzia in Rome. Omdat paus Pius XII de Joden op grote schaal bescherming heeft aangeboden in het Vaticaan en diverse kloosters in de stad, worden slechts 1259 in plaats van de geschatte 8000 Joden gearresteerd. Na verdere bezwaren van de paus worden hiervan bovendien 218 christenen van Joodse afkomst weer vrijgelaten. De overigen worden gedeporteerd naar Auschwitz.

17 oktober

18 oktober

19 oktober

20 oktober

22 oktober

  • In Amsterdam worden acht Nederlanders gefusilleerd.
  • Een grootschalig geallieerd bombardement verwoest Kassel. 9000 personen, bijna 1/20 van de bevolking, komt om.

23 oktober

25 oktober

27 oktober

29 oktober

  • Op de Derde Conferentie van Moskou worden de Verklaringen van Moskou getekend:
    • Verklaring van de Vier Naties: De strijd tegen de Asmogendheden kan enkel worden beëindigd met een onvoorwaardelijke overgave, China wordt erkend als vierde 'grote' natie van de geallieerde alliantie en de oprichting van een internationale vredesorganisatie (de Verenigde Naties) wordt voorzien.
    • Verklaring omtrent Italië: Het fascisme in Italië dient volledig te worden vernietigd, en Italië dient een democratisch land te worden.
    • Verklaring omtrent Oostenrijk: De Anschluss wordt nietig verklaard.
    • Verklaring omtrent wandaden: Nazi's die oorlogsmisdaden of andere wandaden hebben gepleegd, zullen worden berecht in de landen waar ze hebben plaatsgevonden.
  • De Burmaspoorweg wordt officieel geopend.

30 oktober

November[bewerken | brontekst bewerken]

Europa 1 november 1943
Zuidoost-Azië 1 november 1943

1 november

  • Amerikaanse landing op Bougainville (Salomonseilanden).
  • De Sovjets bevrijden Perekop en Armjansk. De Duitsers op de Krim zijn hiermee volledig afgesneden van de overige Duitse legers.

2 november

3 november

4 november

  • In het Amerikaanse concentratiekamp Tule Lake wordt een opstand, veroorzaakt door overbezetting en problemen met de voedseldistributie neergeslagen met hulp van tanks.

5 november

6 november

7 november

  • De Sovjets rukken verder op vanuit Kiev en nemen het belangrijke spoorwegknooppunt Fastiv in.

8 november

9 november

10 november

11 november

  • RAF-groep nr. 100, een gespecialiseerde en geheime ondersteuningsformatie van de afdeling RAF Bomber Command binnen de Royal Air Force, wordt opgericht. Deze vliegtuigformatie zou zich tijdens de Tweede Wereldoorlog bezighouden met elektronische oorlogsvoering tegen Duitse nachtjagers en luchtverdedigingssystemen. Sommige bronnen vermelden dat deze groep werd opgericht op 23 november 1943.
  • In Oyonnax wordt als verzetsdaad een illegaal defilé georganiseerd met ongeveer tweehonderd deelnemers.
  • Grote Amerikaanse luchtaanval op Rabaul. Een groot deel van de daar aanwezige Japanse vloot heeft zich echter al teruggetrokken naar Truk.

12 november

  • De Russische troepen bereiken Zjytomyr.
  • Na de zware Amerikaanse aanval ontmantelen de Japanners hun marinebasis op Rabaul. Slechts de lokale defensie blijft achter.
  • Duitse troepen landen op Leros, dat in Italiaans-Britse handen is.

13 november

  • 198 Squadron RAF, bestaande uit 12 geallieerde jachtvliegtuigen vertrokken vanaf de Royal Air Force basis in Manston (Kent) in Engeland, valt twee veerboten aan bij Numansdorp, de SS Minister C. Lely en de SS Willemstad. Hierbij overlijden 13 Nederlandse burgers en een Duitse soldaat.[1]
  • De Britten nemen Atessa in.
  • Bij Tsjerkasy vestigen de Sovjets een nieuw bruggenhoofd ten westen van de Dnjepr.
  • De Russen nemen Zjytomyr in.

14 november

  • De Britten bevrijden Perano.
  • Een Duits tegenaanval begint, gericht op herovering van Zjytomyr en Fastiv.
  • De Sovjets openen een aanval gericht op Orsja.

15 november

  • De Amerikanen in Italië besluiten tot een pauze van 2 weken om uit te rusten en te bevoorraden.

16 november

  • De Duitsers veroveren Leros.
  • De Russen starten een nieuw offensief in het noorden, gericht op Haradok en Vitebsk.

18 november

  • Hevige bombardementen op Berlijn. Begin van een maand van bombardementen.
  • De Sovjets bevrijden Korosten.
  • De Russische opmars naar Orsha wordt afgeblazen. Er is slechts zeer geringe terreinwinst geboekt.

19 november

  • De Duitse tegenaanval bereikt Zjytomyr vanuit het zuidoosten.

20 november

22 november

23 november

24 november

26 november

  • Hevige bombardementen op Berlijn.
  • De Sovjets bevrijden Gomel.

27 november

28 november

  • Begin van de Conferentie van Teheran.
  • De Suez Maru, een Japans schip met zieke en gewonde soldaten en krijgsgevangenen aan boord, wordt door een geallieerd schip tot zinken gebracht. De overlevende Japanse opvarenden worden in een meevarend schip aan boord genomen, maar de krijgsgevangenen worden doelbewust doodgeschoten.
  • De Britten vestigen opnieuw een bruggenhoofd ten noorden van de Sangro.

29 november

30 november

December[bewerken | brontekst bewerken]

Europa 15 december 1943
Zuidoost Azië 1 december 1943

2 december

  • De RAF bombardeert Berlijn.
  • Het eerste transport Weense Joden komt aan in Auschwitz.
  • Begin van Operatie Kugelblitz, een Duitse militaire actie tegen de Partizanen in Joegoslavië.
  • De Britten bevrijden Lanciano.
  • In Italië beginnen de geallieerden de aanval op Monte Camino.
  • De Duitsers bombarderen Bari. Een geallieerd vrachtschip met mosterdgas aan boord wordt getroffen. 17 schepen in totaal worden tot zinken gebracht.

3 december

4 december

5 december

  • De Sovjets geven hun offensief gericht op Orsja op. De strijd heeft tot grote verliezen aan manschappen en slechts bescheiden terreinwinst geleid. De hier geplaatste legers zullen in plaats daarvan de aanval op Vitebsk ondersteunen.
  • Begin van Operatie Crossbow: Geallieerde bombardementen op de lanceerlokaties van de V1 in Noord-Frankrijk.

6 december

  • De geallieerden steken aan de Italiaanse oostkust de Moro over en trachten een bruggenhoofd te vormen.
  • De Duitsers gaan in de tegenaanval aan het front tussen Zjytomyr en Korosten. In 1 dag boeken ze 35 kilometer terreinwinst.

7 december

  • Nieuw-Zeelandse troepen nemen Orsogna in. Omdat tanksupport niet gebracht kan worden, en zonder deze ondersteuning verder oprukken niet mogelijk is, trekken ze zich de volgende dag weer uit de plaats terug.

9 december

  • Maarschalk Pietro Badoglio, de nieuwe Italiaanse premier, maakt bekend dat het Italiaanse leger zich bij de geallieerden heeft aangesloten.
  • De Canadezen slagen erin een brug over de Moro aan te leggen, zodat tanks gebruikt kunnen worden in de strijd aldaar.

10 december

12 december

13 december

  • Zware luchtaanvallen schakelen Schiphol voor de rest van de oorlog uit als basis voor de Duitse luchtmacht.
  • Bloedbad van Kalavryta: In represaille voor steun aan de partizanen wordt het Griekse stadje Kalavryta verwoest en uitgemoord.
  • De Sovjets beginnen een offensief gericht op Haradok.

14 december

15 december

16 december

  • De RAF bombardeert Berlijn. 720 personen komen om, en de railinfrastructuur rond Berlijn wordt zwaar beschadigd. Zware mist bij terugkomst in Groot-Brittannië leidt tot verlies van diverse vliegtuigen met bemanning.

21 december

  • De geallieerden trekken Ortona binnen en beginnen zware gevechten met de Duitsers aldaar.

22 december

  • Overdracht aan Syrië en Libanon van de bevoegdheden die tot nu toe door Frankrijk werden uitgeoefend.

23 december

24 december

26 december

  • Ter hoogte van de Noordkaap wordt het Duitse slagschip Scharnhorst door eenheden van de Britse marine tot zinken gebracht.

28 december

  • Operatie Schneesturm, de Duitse actie tegen de Joegoslavische partizanen, wordt beëindigd. De Duitsers beëindigen hun pogingen het grootste deel of het geheel van de Partizanen te omsingelen en te verslaan, de strijd in Joegoslavië verandert in een 'normale' wederzijdse strijd om strategische posities te veroveren en te verdedigen.
  • Begin van de deportatie van alle Kalmukken naar Siberië.
  • De Canadezen nemen Ortona in.

29 december

30 december

31 december

Referenties[bewerken | brontekst bewerken]