Maxime Verhagen

Maxime Verhagen
Maxime Verhagen
Algemene informatie
Volledige naam Maxime Jacques Marcel Verhagen
Geboren 14 september 1956
Geboorteplaats Maastricht
Partij CDA
Religie rooms-katholiek
Titulatuur drs.
Alma mater Universiteit Leiden
Politieke functies
1986–1990 Lid gemeenteraad Oegstgeest
1989–1994 Lid Europees Parlement
1994–2007,
 2010
Lid Tweede Kamer
2002–2003,
 2003–2006,
 2007, 2010
Fractievoorzitter in Tweede Kamer
2007–2010 Minister van Buitenlandse Zaken
2010–2012 Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie
2010–2012 Vicepremier
2010–2012 Politiek leider
Portaal  Portaalicoon   Politiek
Nederland

Maxime Jacques Marcel Verhagen (Maastricht, 14 september 1956) is een Nederlands voormalig politicus en bestuurder. Hij was van 22 februari 2007 tot 14 oktober 2010 minister van Buitenlandse Zaken namens het CDA in het kabinet-Balkenende IV en van 14 oktober 2010 tot 5 november 2012 minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en tevens vicepremier in het kabinet-Rutte I.

Biografie[bewerken | brontekst bewerken]

Verhagen volgde het atheneum op het Henric van Veldekecollege in Maastricht en studeerde vervolgens elf jaar lang contemporaine geschiedenis aan de Universiteit Leiden (doctoraalexamen 1986). Tijdens zijn studie roeide hij bij KSRV Njord en was hij lid van LSV Minerva. Aanvankelijk was hij medewerker van de Tweede Kamerfractie van het CDA en gemeenteraadslid in Oegstgeest.

Van 1989 tot 1994 was hij lid van het Europees Parlement. Verhagen zegt dankzij Norbert Schmelzer, een inspiratiebron voor Verhagen, daar terecht te zijn gekomen. Hij zou hem als kandidaat hebben gekozen.[1] In het Europees parlement maakte hij zich onder andere tevergeefs hard om de in 1795 door het Franse leger uit zijn geboorteplaats Sint Pieter (Maastricht) gestolen Mosasaurus terug te krijgen.[2]

Op 17 mei 1994 werd hij Tweede Kamerlid en vanaf 11 juli 2002 was hij CDA-fractievoorzitter, met een korte onderbreking in 2003 toen hij lid was van het onderhandelingsteam voor het kabinet-Balkenende II. Na de Tweede Kamerverkiezingen 2006 droeg hij het fractievoorzitterschap over aan Jan Peter Balkenende.

Minister van Buitenlandse Zaken[bewerken | brontekst bewerken]

Maxime Verhagen met Condoleezza Rice

Tijdens de kabinetsformatie in 2006 en 2007 was Verhagen wederom secondant van Jan Peter Balkenende. Hij was vanaf 3 januari 2007 aanwezig bij de 'geheime' besprekingen op het landgoed Lauswolt in Beetsterzwaag.[3]

In het kabinet-Balkenende IV volgde hij zijn partijgenoot Ben Bot op als minister van Buitenlandse Zaken. Zijn opvolger als fractievoorzitter van het CDA werd Pieter van Geel. Na het ontslag van de PvdA-bewindslieden op 23 februari 2010 uit het kabinet-Balkenende IV, beheerde Verhagen tevens Europese Zaken en het terrein dat tot dan toe door de minister voor Ontwikkelingssamenwerking werd beheerd. Na de beëdiging van de nieuwe Tweede Kamer op 17 juni 2010, werd Maxime Verhagen wederom fractievoorzitter van het CDA. Op 14 oktober 2010 verliet Verhagen de Kamer om vicepremier en minister te worden in het kabinet-Rutte I.

Tijdens zijn ministerschap heeft Verhagen de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst ertoe willen aanzetten na te gaan op welk moment Geert Wilders zijn film Fitna wilde uitbrengen.[4]

Vicepremier en minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie[bewerken | brontekst bewerken]

Verhagen, Rutte en Wilders presenteren het regeer- en gedoogakkoord.

Verhagen speelde een grote rol in de kabinetsformatie van 2010. Verhagen was fractievoorzitter geworden nadat Balkenende opgestapt was vanwege een halvering bij de Tweede Kamerverkiezingen 2010. Verhagen wilde eerst dat de VVD en de PVV er onderling uitkwamen, waarna hij zou aanschuiven. Hij noemde de verschillen tussen VVD en PVV te groot. Rutte (VVD) en Wilders (PVV) wilden niet aan deze voorwaarden voldoen, waarna informateur Uri Rosenthal de conclusie trok dat een centrum-rechts kabinet bestaande uit deze partijen niet mogelijk was. Op 21 juli 2010 kreeg Ruud Lubbers als nieuwe informateur de opdracht om op zoek te gaan naar "alle reële meerderheidsvarianten"[5] en zond de drie fracties 22 juli 2010 een brief waarin hij hun vroeg informeel te gaan praten over een werkbare "politieke samenwerking".[6] De heren kwamen tot de conclusie om een minderheidskabinet te vormen (VVD en CDA met gedoogsteun van de PVV). Deze optie werd uiteindelijk onder leiding van de nieuwe informateur Ivo Opstelten uitgewerkt. Ab Klink was eerst zijn medeonderhandelaar, maar werd later vervangen door Ank Bijleveld.

Nadat binnen het CDA onder anderen Ruud Lubbers en voormalig minister van landbouw Cees Veerman al bezwaar hadden gemaakt tegen samenwerking met de PVV, kwam het op 31 augustus 2010 tot een openlijke botsing tussen Verhagen en Klink en enkele fractiegenoten. Klink besloot vervolgens de politiek te verlaten. Later zou Verhagen ook spijt krijgen van de samenwerking. In 2020 zei hij in een interview met het tijdschrift Christendemocratische Verkenningen (tijdschrift wetenschappelijk bureau CDA) dat hij niet aan de gedoogcoalitie met de PVV was begonnen als hij had geweten dat het als een gewone coalitie zou worden uitgelegd.[7]

In oktober 2010 nam Verhagen in het kabinet-Rutte I plaats als vicepremier en minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.[8] In deze functies was hij vanaf 23 april 2012 demissionair. Verhagen was de eerste vicepremier van CDA-huize.

Verhagen deelde tussen 2010 en 2012 het CDA-partijleiderschap met partijvoorzitter Ruth Peetoom en de fractievoorzitter in de Tweede Kamer Sybrand van Haersma Buma, waar de partij officieel geen politiek leider had. Verhagen stelde zich niet meer verkiesbaar voor de nieuwe Tweede Kamer en was dus ook niet beschikbaar voor het lijsttrekkerschap voor het CDA bij de Tweede Kamerverkiezingen 2012.[9]

Na de politiek[bewerken | brontekst bewerken]

Verhagen werd adviseur van VDL Groep uit Eindhoven.[10] In 2012 had hij zich als minister van EZ intensief bemoeid met een overname door VDL. Verder werd hij namens de provincie Limburg commissaris bij de Chemelot Campus in Sittard-Geleen, waar de bedrijven DSM en Sabic Europe zijn gevestigd. Ook werd Verhagen lobbyist, ambassadeur en adviseur voor de provincie Limburg. Verhagen volgde in juli 2013 Elco Brinkman op als voorzitter van Bouwend Nederland.[11] Sinds 2015 is Verhagen raadslid van de SER.[12] In 2017/2018 was hij lid van het bestuur van de Shell Foundation.[13] Sinds 2019 is hij lid van de Raad van Toezicht van de Koninklijke Nederlandse Motorrijders Vereniging die hem als onze vooruitgeschoven post in Den Haag[14] omschrijft.

In 2021 publiceerde de Volkskrant over een integriteitsaffaire waarbij Maxime Verhagen betrokken was. Verhagen had zich door de Provincie Limburg laten betalen om als 'ambassadeur' gesprekken te voeren met industriebedrijf VDL, terwijl Verhagen tegelijkertijd op de loonlijst van VDL stond als adviseur. Hierop werd Verhagen ontslagen door de Provincie Limburg.[15]

Met ingang van 16 maart 2023 werd Verhagen door Arno Visser opgevolgd als voorzitter van Bouwend Nederland.[16] Sinds 1 maart 2023 is Verhagen president-commissaris van Van Gelder Groep. Tot mei 2024 is Verhagen bestuursvertegenwoordiger van de groep België, Nederland en Luxemburg in FIEC (European Construction Industry Federation).[17][18]

Persoonlijk leven[bewerken | brontekst bewerken]

Maxime Verhagen woont in Oegstgeest, Zuid-Holland, is getrouwd en heeft drie kinderen. Hij is rooms-katholiek.

Prijzen en onderscheidingen[bewerken | brontekst bewerken]

Verhagen won de 'Zwetsprijs' in zowel 2003 als 2006.[21] Deze prijs voor het meest 'zwetsende' Kamerlid en zijn tegenhanger, de 'Klaretaalprijs', worden jaarlijks uitgereikt door de Jargonbrigade van de Nationale Jeugdraad.

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]

Voorganger:
J.P. (Jan Peter) Balkenende
Fractievoorzitter CDA
2002–2003
Opvolger:
J.P. (Jan Peter) Balkenende
Voorganger:
J.P. (Jan Peter) Balkenende
Fractievoorzitter CDA
2003–2006
Opvolger:
J.P. (Jan Peter) Balkenende
Voorganger:
B.R. (Ben) Bot
Minister van Buitenlandse Zaken
2007–2010
Opvolger:
U. (Uri) Rosenthal
Voorganger:
A.G. (Bert) Koenders
Minister voor Ontwikkelingssamenwerking
2010
Opvolger:
geen
Voorganger:
J.P. (Jan Peter) Balkenende
Politiek leider CDA (a.i.)
2010–2012
Opvolger:
S. (Sybrand) van Haersma Buma
Voorganger:
P.L.B.A. (Pieter) van Geel
Fractievoorzitter CDA
2010
Opvolger:
S. (Sybrand) van Haersma Buma
Voorganger:
M.J.A. (Maria) van der Hoeven (als minister van EZ), G. (Gerda) Verburg (als minister van LNV)
Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie
2010–2012
Opvolger:
H.G.J. (Henk) Kamp (als minister van EZ)
Voorganger:
A. (André) Rouvoet
Vicepremier
2010–2012
Opvolger:
L.F. (Lodewijk) Asscher
Zie de categorie Maxime Verhagen van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.