Oldenburg (Nedersaksen)

Oldenburg
Kreisfreie Stadt in Duitsland Vlag van Duitsland
Centrum van Oldenburg met o.a. de Sint-Lambertuskerk
Vlag van Oldenburg
Wapen van Oldenburg
Oldenburg (Nedersaksen)
Oldenburg
Situering
Deelstaat Vlag van de Duitse deelstaat Nedersaksen Nedersaksen
Coördinaten 53° 8′ NB, 8° 13′ OL
Algemeen
Oppervlakte 103,09 km²
Inwoners
(31-12-2020[1])
169.605
(1.645 inw./km²)
Hoogte 4 m
Burgemeester Jürgen Krogmann (SPD)
Overig
Postcodes 26121–26135
Netnummer 0441
Kenteken OL
Kreisfreie Stadt 42 stadsdelen, 9 statistische districten
Gemeentenr. 03 4 03 000
Website oldenburg.de
Locatie van Oldenburg
Kaart van Oldenburg
Foto's
Slot Oldenburg
Slot Oldenburg
Portaal  Portaalicoon   Duitsland

Oldenburg (officieel: Oldenburg (Oldb) of Oldenburg (Oldenburg)) is een stad in de Duitse deelstaat Nedersaksen. Het was tot en met 2004 de hoofdstad van de regio Weser-Ems. Oldenburg is een kreisfreie Stadt. De stad telt 169.605 inwoners (31 december 2020)[1] op een oppervlakte van 103,09 km². Op 31 december 2020 had 11,29% van de inwoners een niet-Duits staatsburgerschap (19.145 niet-Duitsers)[2] en hadden 330 inwoners het Nederlandse staatsburgerschap[3].

  • 1108: oudst bekende vermelding van "Aldenburg".
  • 1345: Oldenburg krijgt stadsrechten.
  • 1448: Graaf Christiaan van Oldenburg wordt koning van Denemarken.
  • Eerste helft 16e eeuw: De Reformatie. De stad wordt evangelisch-luthers. Tot op de huidige dag is ca. 3/4 van de christenen in de stad protestants.
  • 1603: Begin van de regeerperiode van Graf Anthon Günthers die door slim manoeuvreren de stad buiten de Dertigjarige Oorlog weet te houden.
  • In het rampjaar 1667 sterft Graf Anthon Günthers, komt de stad onder Deense heerschappij en breekt de pest uit.
  • In 1676 wordt de stad door een brand grotendeels verwoest.
  • In 1773 vervalt het graafschap Oldenburg aan het huis Holstein-Gottorp, waardoor het gebied van graafschap tot hertogdom wordt.
  • In 1785 komt hertog Peter Frederik Lodewijk aan de macht en begint de stad Oldenburg in neo-klassieke stijl om te bouwen.
  • In 1786 wordt in Oldenburg de eerste spaarbank ter wereld opgericht.
  • In 1815 wordt de stad een prinsdom.
  • In 1819 wordt de stad Oldenburg hoofdstad van de vrijstaat Oldenburg.
  • Tussen 1933-1945 is Oldenburg "Gau"-hoofdstad van de regio Weser-Ems.
  • In 1945 groeit de stad enorm door de opname van 45.000 vluchtelingen
  • 1946: de stad en het gebied Oldenburg gaan op in de deelstaat Nedersaksen.
  • 1973: oprichting van de universiteit.

Oldenburg ligt 110 km ten oosten van de stad Groningen, 50 km ten zuiden van Wilhelmshaven, 100 km ten noorden van Osnabrück en 45 km ten westen van Bremen.

Economisch en politiek belang van de stad

[bewerken | brontekst bewerken]

Oldenburg was tot 1946 de hoofdstad van achtereenvolgens het graafschap, het hertogdom-, groothertogdom- en de vrijstaat Oldenburg. Ook nu is het nog een belangrijk bestuurscentrum voor de regio en heeft daardoor veel ambtenaren binnen zijn gemeentegrenzen. De publieke dienstensector, de detail- en groothandel, het bank- en verzekeringswezen en de gezondheidszorg zijn de belangrijkste groepen werkgevers in de stad.

De stad is zetel van een van de drie Oberlandesgerichten van Nedersaksen. Daarnaast is in de stad een Landgericht en een Amtsgericht gevestigd.

Verder is er de in 1973 opgerichte Carl von Ossietzky universiteit met 11.000 studenten (2003).

Oldenburg heeft een centrumfunctie voor de regio, waardoor het een redelijk aantal culturele instellingen heeft:

Bezienswaardigheden

[bewerken | brontekst bewerken]
  • Sint Petruskerk
  • Lambertikirche, evangelisch-lutherse bisschoppelijke kerk, herbouwd in 1795 op de plaats van een eerder kerkgebouw; gerenoveerd in 1887 en 2009; opvallend interieur, deels nog uit 1795 (classicisme), deels 21e-eeuws
Het Horst-Janssen-Museum
  • Het belangrijkste museum van de stad is het Landesmuseum für Kunst und Kulturgeschichte, dat is gevestigd in drie gebouwen:
    • In het 17e-eeuwse kasteel Schloss Oldenburg is een collectie standbeelden en kunsthistorische en design-objecten te zien; tevens zijn enkele stijlkamers ingericht. Hier is, in ieder geval voor 1835, ook de Idyllenkamer ingericht. Schilder Johann Heinrich Wilhelm Tischbein maakte in samenwerking met de grote dichter Johann Wolfgang von Goethe 43 kleine, vierkante schilderijen, waar Goethe bijbehorende gedichten bij creëerde. Dit deel van het museum bezit ook een bibliotheek met o.a. middeleeuwse handschriften.
    • In het in 1867 speciaal als museum gebouwde Augusteum is een bescheiden collectie schilderijen en andere kunstobjecten uit de 16e t/m de vroege 19e eeuw ondergebracht, met werk van o.a. Gerret Willemsz. Heda, Ludolf Bakhuizen en Francesco de' Rossi; het trappenhuis van het Augusteum is, naar de smaak van die tijd, door de plaatselijke schilder Christian Griepenkerl voorzien van enorme plafond- en muurschilderingen, die taferelen uit de Griekse mythologie voorstellen.
    • In het Prinzenpalais is een collectie kunst uit de periode van ca. 1850-2000 te zien met o.a. werk van Paula Modersohn-Becker, Max Liebermann, Emil Nolde, Otto Mueller en Ernst Wilhelm Nay.
  • Landesmuseum Natur und Mensch, met belangrijke collecties op het gebied van geologie, archeologie en etnologie, en een grote, 19e-eeuwse collectie opgezette dieren; veel vondsten uit de Noordwest-Duitse veengebieden en grafgiften uit hunebedden etc. van de Trechterbekercultuur worden hier bewaard.
  • Stadtmuseum, geschiedenis van de stad en haar omgeving, met een collectie werken van en items over Bernhard Winter[4] (1871-1964).
  • Het Horst-Janssen-Museum voor moderne kunst
  • Edith-Ruß-Haus für Medienkunst
  • Computermuseum Oldenburg

Overige monumentale gebouwen

[bewerken | brontekst bewerken]
  • Pulverturm (kruittoren), het enig overgebleven deel van de middeleeuwse stadsommuring
  • De klokkentoren Lappan
Het Staatstheater
  • Het Staatstheater (1833), met diverse zalen, waarvan de grootste ca. 500 plaatsen heeft bij opera's en operettes en 575 bij klassieke concerten
  • Kulturetage (cabaret, lezingen, modern toneel, concerten)
  • Theater Laboratorium (vooral eigentijds poppentheater e.d.)
  • Theater hof/19
  • Theater Wrede/Fabrik Rosenstraße
  • August-Hinrichs-Bühne, achter het Staatstheater, speciaal voor stukken in Nederduitse dialecten

Oldenburg heeft diverse sportclubs:

De voetballers van VfB Oldenburg en VfL Oldenburg speelden voor 1928 enige tijd in de toenmalige hoogste divisie, na de Tweede Wereldoorlog speele VfB nog zeven seizoenen in de Oberliga Nord. Na de invoering van de Bundesliga speelde de club niet meer op het hoogste niveau. Na nog een aantal seizoenen in de tweede klasse was de club vanaf 1974 voornamelijk in de derde klasse actief. In 2000 degradeerde de club voor het eerst naar de vierde klasse en later zelfs naar de vijfde klasse. Sinds 2012 is de club actief in de Regionalliga Nord. VfL is minder succesvol en speelde in 1974 voor de laatste keer in de derde klasse.

Verkeer en vervoer

[bewerken | brontekst bewerken]
De Autobahnen rondom de stad
Spoorlijnen voor reizigersvervoer rondom Oldenburg

De stad is omringd door Autobahnen, vanwaar men de stad uit alle richtingen kan bereiken; met name de A 29, de A 28 en de A 293.

Een verbinding met de Noordzee via de rivieren Hunte en Wezer hebben een belangrijke binnenhaven mogelijk gemaakt.

De stad heeft treinverbindingen met Oost-Friesland en Bremen, zie bovenstaande kaart en Oldenburg Hauptbahnhof. Oldenburg heeft stads- en streekbussen in alle richtingen, waaronder enige snelbusdiensten.

Oldenburg heeft verder de reputatie een fietsstad te zijn. Het fietsen wordt met allerlei maatregelen en faciliteiten, waaronder fietspaden en grote stallingen, actief door de gemeente bevorderd.


Bevolkingsontwikkeling

[bewerken | brontekst bewerken]
Bevolkingsontwikkeling 1968-heden[5]
Datum Inwoners Buitenlanders[a]
Totaal % Nederlanders
31.12.2022 172.830
31.12.2021 170.389 19.760 11,6% 325
31.12.2020 169.605 19.145 11,29% 330
31.12.2019 169.077 18.285 10,81% 335
31.12.2018 168.210 17.365 10,32% 340
31.12.2017 167.081 16.595 9,93% 320
31.12.2016 165.711 15.440 9,32% 300
31.12.2015 163.830 13.579 8,29% 306
31.12.2014 160.907 11.523 7,16% 289
31.12.2013 159.610 10.778 6,75% 269
31.12.2012 158.658 10.068 6,35% 255
31.12.2011 157.706 9.409 5,97% 244
31.12.2010 162.173 9.497 5,86% 244
31.12.2009 161.334 9.376 5,81% 242
31.12.2008 160.279 9.419 5,88% 249
31.12.2007 159.563 9.786 6,13% 244
31.12.2006 159.060 9.767 6,14% 253
31.12.2005 158.565 9.884 6,23% 242
31.12.2004 158.394 8.868 5,6% 244
31.12.2003 158.340 9.329 5,89% 245
31.12.2002 157.437 9.632 6,12% 239
31.12.2001 155.908 9.525 6,11% 255
31.12.2000 154.832 9.046 5,84% 249
31.12.1999 154.125 8.914 5,78% 258
31.12.1998 154.325 9.043 5,86% 270
31.12.1997 153.531 9.366 6,1% 280
31.12.1996 152.846 8.780 5,74% 282
31.12.1995 151.382 8.373 5,53% 280
31.12.1994 149.691 7.574 5,06% 273
31.12.1993 147.701 7.836 5,31% 271
31.12.1992 146.816 11.014 7,5% 271
31.12.1991 145.161 7.121 4,91% 255
31.12.1990 143.131 5.740 4,01% 255
31.12.1989 142.233
31.12.1988 140.785
31.12.1987 140.352 5.159 3,68%
31.12.1986 139.256 5.000 3,59%
31.12.1985 138.773 4.734 3,41%
31.12.1984 138.469 4.531 3,27%
31.12.1983 138.972 4.748 3,42%
31.12.1982 138.345 4.866 3,52%
31.12.1981 137.832 4.845 3,52%
31.12.1980 136.764 4.640 3,39%
31.12.1979 136.155 4.063 2,98%
31.12.1978 135.501 3.672 2,71%
31.12.1977 134.832
31.12.1976 134.611
31.12.1975 134.706
31.12.1974 134.280
31.12.1973 134.168
31.12.1972 133.328
31.12.1971 132.117
31.12.1970 131.545
31.12.1969 131.434
31.12.1968 131.197
Datum Inwoners Totaal % Nederlanders
Buitenlanders[a]
  1. a b Vanwege geheimhoudingsredenen (§ 16 Bundesstatistikgesetz) worden de statistieken van buitenlanders vanaf 2016 alleen nog maar afgerond weergegeven (veelvoud van vijf).

Bekende inwoners van Oldenburg

[bewerken | brontekst bewerken]
[bewerken | brontekst bewerken]
Zie de categorie Oldenburg van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.