Synagoge (Venlo)

Ingang van de synagoge

De synagoge van Venlo lag vanaf 1865 tot in de Tweede Wereldoorlog aan het Maasschriksel in deze Nederlandse stad. Daarvoor werden vanaf 1827 de diensten gehouden in een pand aan het Helschriksel, en daarvoor in een pand aan de Keulsepoort.

Joodse geschiedenis van Venlo[bewerken | brontekst bewerken]

De Jodenstraat in Venlo

Al vrij snel na de stadsverheffing van Venlo, in de tweede helft van de 14e eeuw, kwamen de eerste joden naar Venlo. In die tijd lag er al een Jodenstraat in het stadskwadrant Klein Italië. Bovendien lag in hetzelfde kwadrant een volksbuurt 't Hetje, die eveneens naar joodse aanwezigheid in de stad verwijst. De meeste joden in Venlo waren actief als geldleners. Halverwege de 15e eeuw verslechterde de toestand in de stad echter, en de joden vertrokken. In 1544 kregen drie joodse gezinnen toestemming van het stadsbestuur om zich in Venlo te vestigen en een Bank van Leening te beginnen. Dit was echter van korte duur; na twee jaar vertrokken de joden weer uit Venlo omdat eerdere vergunningen werden ingetrokken.

Het duurde tot de 19e eeuw voordat zich opnieuw joden in Venlo vestigden, voornamelijk afkomstig uit Duitsland. Tot 1828 behoorde de joodse gemeente tot die van Sittard. Een jaar daarvoor was de synagoge naar het Helschriksel verhuisd. In 1865 bouwde de joodse gemeenschap een synagoge aan het Maasschriksel.

De joden hadden tevens beschikking over een eigen begraafplaats; de oude begraafplaats aan de Kerkhofweg werd gebruikt van 1820 en 1887, de nieuwe - aan de Ganzenstraat - vanaf circa 1887. In de jaren 1930, vlak voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, nam het aantal joden in Venlo sterk toe door het antisemitische beleid in Duitsland.

De synagoge[bewerken | brontekst bewerken]

Stichtingssteen van de voormalige synagoge

In eerste instantie werden de erediensten gehouden in een pand aan het Helschriksel, maar in 1865 werd een nieuw gebouwde synagoge aan het Maasschriksel in gebruik genomen. De bouw van de synagoge kwam tot stand door financiële bijdragen van koning Willem I, stad en provincie.

Tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog, in 1944, werd de synagoge echter tijdens een bombardement zwaar beschadigd. Een deel van de torarollen en enkele rituele voorwerpen konden nog wel worden gered. In 1965 werd definitief besloten om de synagoge niet te restaureren; het gebouw werd afgebroken. De joodse gemeenschap werd de facto in 1975 opgeheven.

Vermeende mikwe[bewerken | brontekst bewerken]

Opbouw van het vermeende mikwe in het Limburgs Museum

In 2004 werd bij graafwerkzaamheden voor de nieuwe Maasboulevard van Venlo een constructie uit het midden van de 13e eeuw aangetroffen. Betrokken archeologen meenden dat het een mikwe (joods ritueelbad) betrof. De stenen constructie werd geborgen en in 2012 in een speciaal ervoor gebouwde ruimte in het Limburgs Museum in Venlo geplaatst. Wetenschappelijke twijfel over de vondst leidde in 2013 tot onderzoek naar de gang van zaken door de gemeentelijke rekenkamer.[1] Tijdens een daaropvolgend in 2014 gehouden symposium bleek de stelling dat een mikwe zou zijn opgegraven onhoudbaar. Een Leidse hoogleraar veronderstelde dat het veeleer de kelder van een middeleeuws tolhuis dat ooit aan de Maas stond zal zijn geweest.[2][3]

Tabel van het aantal joden in Venlo[bewerken | brontekst bewerken]

Jaar Aantal
1809 18
1840 110
1869 135
1899 102
1930 86
1951 32
1971 32

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie Synagoge, Venlo van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.